gerdine berkelmans

Pagina's

  • startpagina
  • CuBra
  • ruimtelijk
  • publicatie
  • info en contact

schikgodinnen






Nieuwere post Oudere post Homepage

welkom

thema's

appeltjes bijbelse verhalen gesprekken het nemen van de maat iconen koningen monsters/onvolmaaktheid ogen vallen van de plaats zoeken naar de plaats

beschrijving thema's

Bijbelse verhalen

In de verhalen van de Bijbel, en vooral ook in de vertalingen ervan in de beelden door de tijd heen vind ik oorspronkelijke verhalen die ik probeer te vertalen. Ik wil hun betekenis serieus nemen - ze niet reduceren tot een curiositeit - ik wil ze actualiseren, niet in een moreel of theologisch vertoog, maar soms humoristisch, soms erg ernstig, soms verstild en soms met heel veel leven en tumult.

Monsters/onvolmaaktheid

Als er een God is, als dat voorstelbaar is, kun je je misschien ook voorstellen dat Hij het in het begin nog niet goed wist: hoe de schepping eruit moest zien. Monsters, reuzen en gedrochten gaan de mens in veel culturen vooruit. Zij zijn half goddelijke en half menselijke wezens. Het zijn als het ware voorproeven, prĂ©-figuraties van het onvolmaakte mensenwezen. In de Renaissance wordt met deze gedachte korte metten gemaakt: de mens neemt aan zichzelf de maat, als bewust wezen. Deze bewustwording wordt nog steeds gezien als het hoogtepunt van de menselijke geschiedenis en is uitgangspunt van onze huidige samenleving. Toch gaat er nog steeds een vervreemdende en fascinerende werking uit van de onvolmaakte wezens die de sagen, fabels, mythen en sprookjes bevolken. Het “onmenselijke”, het bovennatuurlijke, het onzegbare getuigt, omdat het toch inpasbaar blijkt, van het lijden van de mens aan zijn natuur.

Appeltjes

Alles zit in appeltjes. Kennis van goed en kwaad zit in het eten van een appel. De verhouding van man en vrouw zit in het aanbod van een appel. Schaamte en onschuld zitten in een appel. Het sluimerende conflict zit in het appeltje dat je met iemand te schillen hebt: wachtend op een uitbarsting. De worm zit in de appel. De kiem van de nieuwe boom zit in de appel. De dood zit in de appel, hangt rond in de boomgaard, wacht op het rijpen dat komt met de herfst – glans, kleur, verleiding: zij kondigen de winter aan.

Ogen

Ogen blikken: naar binnen en naar buiten. Ze vermenigvuldigen de perspectieven - zien en gezien worden vermengen zich - wat blijft is de wonde van de kwetsbaarheid. Ogen zien te veel - ze onthullen naaktheid, ogen blikken de schaamte. Ze zien en tonen, sluiten zich en verhullen. Ze transformeren: werkelijkheid wordt beeld, beeld wordt waarheid.

Gesprekken

Gesprekken over geheimen: over iets dat te gebeuren staat, waarvan nog maar een vermoeden bestaat, onbewust, nauwelijks uitgesproken. Spreken door te zingen: wat is er nog meer gezegd dan alleen de woorden? Welke toon klinkt nog mee? Gesprekken met de grottekeningen die achtergelaten zijn door onze voorouders: ik ken u goed! – wij spreken nog dezelfde taal – wij zijn elkaar nog steeds een raadsel.

Iconen

Ook God en de Heiligen. Goddelijke wezens en hun almacht lijken afgedaan te hebben. God wordt dood verklaard, de mens acht zich de laatste maat: zijn vooruitgang in wetenschap en techniek, maar ook in de kunst, is het hoogtepunt van alle ontwikkeling. God en Jezus, zij moeten voldoen aan de toegankelijkheidsnorm, zo niet blijven ze onbereikbaar en onbegrijpelijk, irrelevant. Zij moeten persoonlijk gemaakt worden en in het licht van deze persoonlijke ervaringen hebben zij pas betekenis. God als ervaring, als conventie, als een er moet toch iets zijn, als ‘waarden en normen’: Hij blijkt toch nodig te zijn: De tijden zijn onveilig geworden!

Ook koningen: hun fragiliteit nu hun goddelijke status hun is ontzegd. Zij zijn gevallen.

Vallen van de plaats

Mensen vallen uiteindelijk van hun voetstuk, of ze er hoog opgetild waren met status en aanzien, of maar van een krukje vallen. De gewone mens verheft zich nu. Hij heeft geen prestaties te leveren (Big Brother op t.v., een kabinet vol dwazen, een schietgrage cowboy als wereldmacht, en de “helden” die zichzelf liever opblazen). Het voldoet als de mens echt, authentiek en vrij is, bij uitstek met gebreken en onvolkomenheden erbij.

Mensen blijven nog steeds de kwetsbaren, zij vallen in een ruimte die hen niet meer optilt, die hen geen bescherming meer biedt. Zij vallen en draaien, vol overgave het spel van het leven spelend, zingend, dansend, vliegend, zwemmend. Nu met een nieuw besef van sterfelijkheid.

Zoeken naar de plaats

Kinderen dansen de rondedans. Zij dansen om het midden. Het midden blijft onbetreden maar het houdt hen toch vast, het verzamelt hen, bindt hen, laat hen vrij, geeft beweging.

Het nemen van de maat

De maat is het ijkpunt. De maat is vast. Maar ook de maat kan wankelen. Achter de maat kunnen we het meten vernemen. De voorzichtige poging ergens een touwtje langs te leggen. Een spel. Een stoeien om de uitkomst. Wie stijgt boven wie uit? Wie verovert het midden in een rondedans. Misschien is het lijf de oergestalte waaraan we alles meten. Of misschien toch niet. De ultieme maat: twee stokjes en een touwtje lang?


Posts
Atom
Posts
Reacties
Atom
Reacties
Copyright 2011 © Gerdine Berkelmans. Thema Eenvoudig. Mogelijk gemaakt door Blogger.